Gemeenten vinden dat kansloze asielzoekers sneller moeten worden geweerd bij binnenkomst in Nederland. Burgemeester Bruls van Nijmegen, voorzitter van het veiligheidsberaad, zegt in gesprek met de NOS dat hij bij collega’s steeds meer weerstand merkt over de crisisnoodopvang van asielzoekers.
“Dit is niet meer een huisvestingsprobleem”, zegt hij in reactie op drukte bij het aanmeldcentrum in Ter Apel. “Het is ook een probleem van de entree in het land. De IND zal echt moeten gaan opschroeven.”
Bruls doelt op immigranten die geen kans maken op een asielstatus, zoals veiligelanders. Die groep maakt weinig kans om in Nederland te mogen blijven, maar veroorzaakt vaak veel overlast. “Wij willen echte vluchtelingen opvangen.”
Veiligelanders komen uit landen die door Nederland als veilig worden gezien en maken dus weinig kans op een asielstatus. Ook asielzoekers die via een ander Europees land naar Nederland kwamen hebben weinig perspectief op een verblijf hier, omdat dergelijke ‘Dublinclaimanten’ terug moeten naar het eerste land.
De 25 veiligheidsregio’s hebben met het Rijk afgesproken dat ze elk zo snel mogelijk 225 asielzoekers een plek geven in een crisisnoodopvang. Afgesproken was om vanaf 1 juli 5625 plekken te hebben, zodat het aanmeldcentrum in Ter Apel ontlast wordt. Op dit moment zijn ongeveer 3000 van die plekken beschikbaar.
Veiligheidsregio’s als Zeeland, Gelderland-Midden en Drenthe hebben nog geen enkele plek. In veiligheidsregio Gelderland Zuid van Bruls, waar ruim 500.000 mensen wonen, is vanaf komende week tot 1 oktober plek voor 65 mensen in Zaltbommel en voor 160 in Culemborg.
“Het is niet alleen maar een huisvestingsprobleem”, vindt CDA’er Bruls. Hij wijst erop dat gemeenten eerst plekken voor Oekraïners regelden en daarna voor noodopvang. “We hebben al een enorme inspanning geleverd, Rijksoverheid, gemeenten, veiligheidsregio’s en ook het COA om het aantal plekken op te schroeven, maar in dit tempo kunnen we dat niet volhouden.”
In Nederland is een tekort aan opvangplekken omdat er er zo’n 15.000 asielzoekers in de opvang op een woning wachten en omdat er in voorgaande jaren fors is afgeschaald.
Hij verwacht dat de nieuwe noodplekken binnen een paar weken bezet zijn, terwijl ze tot oktober voor verlichting moeten zorgen. Volgens de burgemeester komen er nu 350 asielzoekers per dag naar Ter Apel en leidt die enorme instroom ertoe dat er snel te weinig plekken zijn. Uit cijfers van de IND blijkt dat de instroom van asielzoekers met 1000 per week hoog is, maar zeker niet uitzonderlijk.
Bruls wil dat de instroom bij de bron wordt aangepakt. “Men zal er meer werk van moeten maken om bij de entree in Nederland sneller de screening te doen”, redeneert hij. “Realiseer de opvang niet voor mensen van wie we eigenlijk toch al weten dat ze nooit in Nederland een asielstatus zullen krijgen.”
2 procent
Op dit moment is 2 procent van de asielzoekers een veiligelander, blijkt uit cijfers van opvangorganisatie COA. In totaal gaat het om 800 van de bijna 40.000 asielzoekers die in mei in de asielopvang zaten. Van hen komt het grootste deel uit Marokko, gevolgd door Tunesië en Georgië. Een klein deel van hen maakt wel kans op een verblijfsvergunning.
Het ingewikkelde aan zijn voorstel is bovendien dat de gemeenten nu de asielzoekers opvangen die nog niet door de procedure zijn geweest. Zij vangen de mensen op die in aanmeldcentra wachten om door de eerste screening te gaan.
Snel door de procedure
In het huidige systeem krijgen veiligelanders al voorrang op de rest van de asielzoekers, zodat ze zo snel mogelijk uitgezet kunnen worden. Door grote tekorten bij de IND, die over de asielprocedure gaat, lopen echter ook die wachttijden op.
Eerder liep er een proef met een asielopvang speciaal voor veiligelanders, zodat ze de andere asielzoekers niet tot last zijn én samen in een streng regime zitten. De gemeenten waar die pilot liep, vonden dat het de beurt was aan andere plaatsen, maar Den Haag heeft geen gemeenten gevonden die het over wilden nemen.
Bruls wil de kwestie maandag in het veiligheidsberaad met staatssecretaris Van der Burg aan de orde stellen.